Mechanisme van de groenestroomcertificaten

Het GSC-systeem is een ondersteuningssysteem voor de productie van groene stroom, geregeld door het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de promotie van groene elektriciteit. 

Enerzijds hebben producenten van groene stroom recht op GSC's voor hun productie. Anderzijds zijn elektriciteitsleveranciers verplicht om jaarlijks een bepaald aantal GSC's aan te geven (quotuminlevering). Om aan hun verplichtingen te voldoen, kopen ze GSC's bij de Brusselse producenten. Het aanbod van GSC's en de vraag ontmoeten elkaar dus op de markt en leiden tot een marktprijs. Uiteindelijk verhalen de leveranciers de kosten van hun quotuminleveringsverplichting op het geheel van hun eindafnemers. 


BRUGEL speelt in dit systeem een sleutelrol, want het zorgt voor de berekeningen en de toekenningen, organiseert de quotuminlevering en beheert de transacties met GSC's op de markt.

De houder van een gecertificeerde installatie ontvangt een groenestroomcertificaat voor elke 217 kg CO2 die hij bespaart. 



 

Voorwaarden

Om Groenestroomcertificaten te ontvangen, moet een installatie voor de productie van groene stroom gecertificeerdzijn.

Het type technologie, de datum van ingebruikname (AREI-inspectie) en het maximale theoretische vermogen (kWe of kWp) bepalen de toekenningsgraad van de installatie en leggen hem vast voor de volledige periode dat ze in aanmerking komt voor GSC's.

Duur van het recht op steun

De gecertificeerde installaties komen gedurende 10 jaar in aanmerking voor GSC’s.

Voor de nieuwe installaties beginnen de gebruikte datums en meterstanden voor de aanvang van deze periode en van de berekening voor de toekenning van de GSC’s op de

  • De datum van het certificeringsbezoek  door een erkende certificeringsorgaan (ECO)
  • De fotovoltaïsche installaties met een vermogen lager dan of gelijk aan 36 kWp zijn vrijgesteld van een certificeringsbezoek. Voor deze installaties komt de aanvangsdatum van de meting van de groenestroomcertificaten overeen met de datum van het door een erkend controleorganisme opgestelde AREI-rapport (op voorwaarde dat het rapport de stand van de “groene meter” vermeldt) bij de ingebruikname. Deze vrijstelling was tot 1 februari 2023 beperkt tot installaties met een vermogen lager dan of gelijk aan 10 kWp.

Toekeningsgraad en coëfficiënten

Dit geeft voor een installatie die geen brandstof verbruikt (fotovoltaïsch, windkracht, waterkracht) een zeer eenvoudige berekening met als resultaat de toekenning van 1,81 groenestroomcertificaat per geproduceerd megawattuur (GSC/MWh).

Om de investering in bepaalde specifieke technologieën te stimuleren, kunnen op de basisberekening vermenigvuldigingscoëfficiënten (VC’s) worden toegepast.

Tegen 1 september van het lopende jaar wordt de waarde van deze parameters (om een terugverdientijd van 7 jaar te hebben op basis van vele parameters, waaronder de doorverkoop van elektriciteit en de besparingen op de elektriciteitsfactuur) per categorie door BRUGEL aan de Minister meegedeeld die deze geactualiseerde waarden op de formule voor elk van de categorieën toepast.

In 2025 : 

Na een besluit van de regering in juni 2023 zullen warmtekrachtkoppeling op fossiele brandstoffen die na 01 januari 2025 in bedrijf worden genomen, niet langer steun ontvangen. (Arrêté Besluit 08/06/2023)

In september 2024 heeft BRUGEL voorstel 35 geformuleerd om de Minister te adviseren om dezelfde coëfficiënten te behouden. Bij gebrek aan een specifieke beslissing van de Minister blijven de coëfficiënten van het voorgaande jaar van toepassing.


De onderstaande tabel toont de huidige vermenigvuldigingscoëfficiënten en de toekenningsgraad voor alle technologieën



* Voor WKK op aardgas : zie voorwaarden
** Voor BIPV: zie voorwaarden


Bijvoorbeeld:

Als een installatie van 6 kWp in gebruik wordt genomen, heeft deze recht op 1,953 GSC per geproduceerde MWh .

Op jaarbasis, als deze installatie 4800 kWh produceert, zal ze 9,4 groene certificaten ontvangen.